Een gouden toekomst?
Ouders kunnen beter zelf sparen voor de studie van hun kind. Speciale producten zijn vaak te star en te duur.
Edi Cohen
Ouders kunnen beter zelf sparen voor de studie van hun kind. Speciale
producten zijn vaak te star en te duur.
Edi Cohen
Kinderen kosten handenvol geld. Toch denken veel optimistische ouders
de eerste jaren dat het allemaal nogal meevalt. Langzaam maar zeker
worden ze door de jaren heen uit de droom geholpen. Het geld gaat met
bakken de deur uit om tot een climax te komen als het kind gaat
studeren. Een studie van een kind aan universiteit of hbo kost algauw
zo'n euro 40.000. Om maar niet te spreken van een jaartje studeren op
een Amerikaanse topuniversiteit. Een academisch jaar op Harvard
University kost op het moment een slordige $ 34.000. Een
financiële bijdrage aan een vierjarige mbo-opleiding kan toch ook
al oplopen tot ongeveer euro 15.000. Per maand schat het Nibud dat een
uitwonende student euro 661,91 uitgeeft. Hopen dan maar dat hij naar
het mbo gaat want dat kost ongeveer euro 45 per maand minder.
Thuiswonen drukt de kosten ook flink.
Met al deze grote uitgaven in het achterhoofd: moet
niet iedere weldenkende burger op het moment dat de zwangerschap is
vastgesteld ijverig gaan sparen om de toekomst voor zijn nazaat veilig
te stellen? Dit vinden in ieder geval de banken en
verzekeringsmaatschappijen die allerlei verzekeringsproducten hebben
samengesteld voor ouders die zich zorgen maken over de financiële
toekomst van hun kinderen. 'Het is een beetje het Zwitsal-gevoel:
ouders willen graag het beste voor hun kind', zegt Gisella van
Vollenhoven, manager verzekeringen bij de Postbank die net een campagne
is begonnen voor het Postbank StudieGroeiplan.
Hoe moeten ouders met een modaal inkomen dit soort
forse bedragen financieren? In ieder geval kunnen ouders vertrouwen op
het feit dat iedere student die ouder dan achttien is recht heeft op
een basisbeurs via de Wet Studiefinanciering, ongeacht het inkomen van
zijn ouders. Zo'n basisbeurs is genoeg om de totale maandelijkse kosten
voor boeken, onderwijsbijdrage, ziektekostenverzekering en
levensonderhoud te kunnen betalen. Wonen leerlingen nog thuis, dan
krijgen zij dit jaar een basistoelage van euro 84,59 per maand. Wonen
zij op kamers, dan krijgen ze euro 197,21 per maand. Afhankelijk van
het belastbaar gezinsinkomen krijgen de ouders eenmaximale of
gedeeltelijke tegemoetkoming. Als het belastbaar inkomen niet hoger is
dan euro 25.000 dan krijgen zij een maximale tegemoetkoming. Aan de
andere kant krijgen ouders van een student met een belastbaar inkomen
van euro 29.496 geen enkele tegemoetkoming. Voor deze groep met een
relatief laag inkomen en maar weinig recht op een aanvullende beurs is
zo vroeg mogelijk beginnen met sparen misschien van belang. Ouders
kunnen ook kiezen om hun kind te laten meebetalen. Studenten kunnen hun
deel van de kosten betalen door voordelig te lenen of een bijbaantje te
nemen.
Om hierbij te helpen, hebben de banken en verzekeraars
allerlei producten ontworpen. Naast het Postbank Studiegroeiplan heeft
ABN Amro het ABN Amro Studieplan en Spaarbeleg het Rendementplan, Amev
het ABC Kids Spaarplan en de Rabobank het Groeiplan voor kinderen. In
de meeste gevallen zijn dit vergelijkbare producten waarbij gedurende
een termijn van tien of vijftien jaar ouders maandelijks een vast
bedrag inleggen. Voor de periodieke inleg geldt een minimumbedrag, bij
de Postbank bijvoorbeeld euro 30. Bij de meeste verzekeringen kan de
inleg worden verhoogd of verlaagd. Zo kan je bij het ABN Amro
Studieplan ook tijdelijk stoppen met een premiebetaling als je krap bij
kas zit. Bij het Postbank Groeiplan kan de inleg per kwartaal aan de
kinderbijslag worden gekoppeld.
Bij de meeste studieverzekeringen worden de premies na
aftrek van bepaalde kosten belegd. De prestatie van dit fonds kan
volgens de bank het rendement verhogen. Volgens de Consumentenbond
betekent dit dat er ook een risico wordt gelopen dat het rendement
lager uitvalt.
'Dit is ook het geval bij het Postbank Studiegroeiplan
ondanks de ingebouwde garanties', vindt de Consumentenbond.
Aan het einde van een studieplan wordt een fors bedrag ineens
uitgekeerd. Als een van de ouders voor het einde van de looptijd
overlijdt, betaalt de bank of verzekeraar de premie door. Afkopen van
de polis pakt meestal niet voordelig uit. Er kan wel een gedeelte van
de waarde worden opgenomen. Er moet dan volgens de Postbank minimaal
euro 500 opgenomen worden waarvoor euro 25 administratiekosten betaald
moet worden. Volgens de Postbank is het ook mogelijk om een
arbeidsongeschiktheidsverzekering in te bouwen.
Het voordeel van zo'n studieverzekering is dat wat er
ook gebeurt, een kind zijn opleiding kan krijgen. De Postbank heeft
naar eigen zeggen dan ook veel vraag naar dit soort producten. Veel
mensen met een modaal inkomen vinden een studieverzekering een prettig
idee. 'Onze klanten vinden juist die veiligheid zo fijn. Ze zijn
gedwongen om voor hun kind geld opzij te zetten waar ze binnen de
looptijd niet meer aan kunnen komen', zegt Van Vollenhoven.
Opmerkelijk is dat sinds de invoering van het nieuwe
belastingstelsel nog steeds duizenden consumenten dit soort polissen
kopen. Sinds de invoering van dit stelsel zijn deze producten fiscaal
in ieder geval niet meer echt aantrekkelijk. Tot 1 januari 2001 hoefde
er geen belasting tijdens de looptijd van de verzekering te worden
betaald. Nu vallen dit soort verzekeringen in box 3, waarbij een
vrijstelling van euro 18.146 per persoon geldt. Daarboven moet 1,2%
belasting worden betaald. Bovendien bestaat er per kind een extra
vermogensvrijstelling van euro 2422. De einduitkering is nog steeds
belastingvrij. Toch heeft deze nieuwe fiscale situatie niets afgedaan
aan de vraag naar dit soort producten, zegt Van Vollenhoven.
Zoals iedereen weet, gaan lang niet alle kinderen
studeren, al proberen bankiers en verzekeraars daar wel op in te spelen
met leuzen als 'in ieder kind schuilt een studiebol'. 'De advertentie
gaat er wel heel stellig van uit dat een kind kan gaan studeren. Of dat
er überhaupt in zit, is geen probleem voor de Postbank en de
andere banken en verzekeraars, vindt de Consumentenbond. Banken en
verzekeraars hopen volgens de Bond met dit soort studieplannen - die
niet meer gesteund worden door het nieuwe belastingstelsel - de oude
studieverzekeringenmarkt te behouden.
De kosten bij dit soort producten zijn onder meer
vanwege het verzekeringsaspect relatief hoog. Het Postbank Groeiplan
biedt ouders het vooruitzicht dat als ze euro 50 per maand inleggen ze
gebaseerd op een fondsrendement van 9% bijvoorbeeld na 15 jaar euro
15.232 uitgekeerd krijgen. Het productrendement ligt dan 2,3%-punt
lager dan het rendement van 9% dat in dit voorbeeld met een
beleggingsfonds zou kunnen worden behaald. Niet de gehele inleg van de
consument wordt belegd. Een deel gaat op aan administratiekosten,
beheerskosten van het beleggingsfonds, aan- en verkoopkosten van de
beleggingsparticipaties plus de kosten van de
overlijdensrisicoverzekering.
Ook de Consumentenbond denkt dat zelf vermogen opbouwen
door te sparen of te beleggen, bijvoorbeeld via een automatische
incasso, veel lonender is. 'Waar de verzekeraar op zijn fonds een
rendement van 7% moet halen, hoeft men zelf maar ruim 4% rendement te
halen om hetzelfde bedrag op de einddatum te hebben. Volgens
René Hilkhuysen van tussenpersoon De Heeren van Leyden betekent
zo'n productrendement van 6,7% 'dat je wel heel dicht bij een gewone
spaarrekening komt. Dan kan je beter je flexibiliteit behouden en
gewoon in een beleggingsfonds bij de eigen bank beleggen. Als je het
uit discipline doet, dan hou je jezelf voor de gek. Dan betaal je wel
erg veel om zeker te zijn dat je ervan afblijft', zegt Hilkhuysen.
Hij vindt ook de starheid van het product nadelig. 'Wat
als je ontdekt dat je veertienjarige alleen maar vakken wil vullen bij
Albert Heyn? Dan zit je tegen hoge kosten te sparen voor een
teleurstelling.'
Copyright (c) 2002 Het Financieele Dagblad
|